mobiliteitsbudget.jpg

Mobiliteitsbudget: leggen we wel de juiste klemtoon?

Mobiliteit 8 Jul 2024

De populariteit van het mobiliteitsbudget neemt toe, vooral bij jongere werknemers in stedelijke gebieden. Als grote voorstander van multimodaliteit juichen we dit bij Arval alleen maar toe, maar maken we ons ook enkele bedenkingen over hoe dit mobiliteitsbudget in de praktijk wordt besteed.

 

Het federaal mobiliteitsbudget biedt werknemers die recht hebben op een bedrijfswagen de mogelijkheid om deze geheel of gedeeltelijk én fiscaal voordelig (en budgetneutraal voor de werkgever) in te ruilen voor alternatieve vervoersoplossingen of cash. Concreet laat het mobiliteitsbudget deze werknemers toe het budget dat ze normaal besteden aan een bedrijfswagen, te verdelen over drie pijlers:

 

  1. Een auto kan nog steeds, maar men kan opteren voor een goedkopere auto en de rest van het budget inzetten in de twee volgende pijlers
  2. Alternatieve vervoersoplossingen zoals deelauto’s, fietslease, openbaar vervoer, taxi’s … maar ook huisvestingskosten als de werknemer in een straal van 10 km rond het werk woont of meer dan 50% van de tijd van thuis uit mag werken
  3. Cash

 

Het mobiliteitsbudget zit in stijgende lijn…

De maatregel werd geïntroduceerd in maart 2019 en leidde lange tijd een sluimerend bestaan. Het afgelopen jaar zagen we daar echter verandering in komen, en zijn de cijfers in het algemeen verdubbeld. Bij sommige werkgevers kiezen tot 20% van de werknemers voor het mobiliteitsbudget.

Vooral jongere werknemers en hoogopgeleiden maken gebruik van het mobiliteitsbudget. Qua locatie is het logisch dat het vooral populair is bij bedrijven in stadscentra en/of in de buurt van mobiliteitshubs.

 

… maar vooral door het gebruik voor huisvestingskosten

Dit stijgende succes is grotendeels toe te schrijven aan een versoepeling van de afstandsregel voor huisvestingskosten. Aanvankelijk kwamen werknemers hiervoor enkel in aanmerking als ze 5 km of minder van het werk woonden. Nu mag iedereen die minstens 50% van de tijd van thuis uit mag werken of maximaal 10 km van het werk woont, (een deel van) zijn of haar huisvestingskosten opnemen in hun mobiliteitsbudget.

Kijken we naar hoe het mobiliteitsbudget vorig jaar werd besteed, dan blijkt dat het mobiliteitsbudget vooral wordt ingezet voor huisvestingskosten. Uit onze cijfers blijkt dat ongeveer 80% van de werknemers het mobiliteitsbudget gebruikt voor huisvestingskosten, tegenover ongeveer 50% in 2022 en 40% in 2021. Deze versoepeling blijkt in de praktijk dus een wereld van verschil te maken.

 

Wat met het echte multimodale vervoer?

Het bevorderen van multimodaliteit – toch een van de uitgangspunten van de wetgever bij het in voege treden van het mobiliteitsbudget – blijft daardoor een grote uitdaging. Er zijn nochtans intussen meer dan voldoende alternatieve vervoersmiddelen en -opties waarvoor we het mobiliteitsbudget kunnen gebruiken.

Elektrische wagens worden steeds goedkoper, er zijn fietsen, steps, deelauto’s, -fietsen en -steps, het openbaar vervoer … Met formules zoals fietsleasing en handige online tools zijn alle ingrediënten bovendien aanwezig om een duurzame mobiliteitsmix te realiseren én het werkgevers administratief zo eenvoudig mogelijk te maken.

 

Mobiliteitsbudget voor iedereen

Is het daarnaast nog te verantwoorden dat alleen mensen die recht hebben op een bedrijfswagen, aanspraak kunnen maken op het mobiliteitsbudget? Voor werkgevers blijft het mobiliteitsbudget een interessante, volstrekt budgetneutrale én duurzame oplossing die in de war for talent een belangrijk argument kan zijn om jonge werknemers aan te trekken.

Door dit budget voor iedereen toegankelijk te maken, zetten we ongetwijfeld grote stappen vooruit naar een nog duurzamere mobiliteit in de toekomst. Een toekomst die we bij Arval graag helpen realiseren. Hebt u vragen over hoe we dit in uw bedrijf nog verder kunnen implementeren, aarzel dan niet contact op te nemen met ons.

 

Bent u klaar voor meer mobiliteit?
Persoonlijk advies nodig?
Lees meer Toon minder